
Hoera, covid is voorbij, verworden tot een ordinair griepje waarvoor je niet eens thuis hoeft te blijven. Nou ja, voorbij? We gaan ervan uit, zo blijkt uit de lege dispensers en handgels in de voordeelbakken. De mondkapjes thuis, wat doen we ermee? Even geen nieuw toiletpapier meer kopen? Zou je er op zijn McGyvers maandverband van kunnen maken (sorry, geen idee)? Of in de kast laten liggen, just in case?
Zelf koop ik ze nu juist en masse op bij grootgrutters, mijn hele schuur ligt vol, ik heb geleerd hoe je heel snel rijk kan worden als de stagiaire van het virologisch instituut in Wuhan weer eens de hokken van de testmuizen niet goed afsluit. Ik vind dat ieder virologisch instituut ter wereld een bedrijfskat moet hebben. De oplossing is soms zo simpel.
Voordeel en nadeel
De hele ellende had toch zijn Cruijffiaanse voordelen bij het nadeel. Ik koester de zondagse wandelingen door de Amsterdamse binnenstad. Of waar dan ook in Nederland. Ik ben er een groot voorstander van dat we de hele boel weer dichtgooien op zondag. Niet uit religieuze overwegingen maar uit sociale. Gewoon een dag rust, niets: niet winkelen, niet verkopen, spelletjes spelen, wandelen of je kamer opruimen. Je-te-pletter-vervelen. Alleen de Chinees mag open blijven. Maar niets hips, gewoon Golden Dragon of De Chinese Muur. En de snackbar.
Als experiment zou ik er zelfs voor pleiten een dag per week de stekker uit sociaal media te trekken. Ik vrees muitende tieners maar dat is beter dan dat ze in de rij staan met een kek door Kim Kardashian gepromoot te duur tasje en Red Bull voor een of andere fucking instagrammable stroopwafelwinkel. Ik hoop dat de volgende generatie jeugd weer gewoon bier gaat drinken en jointjes gaat roken in het fietsenhok.
T-werken aka twerken
Maar nee, de maatschappij is weer verworden tot wat het was. Het nieuwe normaal is het oude asociaal. Nou ja, er zijn ook voordelen te noemen, ook voor ons reisbranchers. Eerlijk is eerlijk. Lang leve het t-werken! Ik noemde dit ooit thuiswerken, maar t-werken denkt de lading beter. We spreken dit uiteraard uit als ‘twerken’ want het is even leuk en je kunt het zelfs combineren. (weet u niet wat het oude twerken is, Google maar, maar liever niet en plein public, de mensen zijn al zo gevoelig tegenwoordig) . Als je tijdens het t-werken wil twerken kan dat gewoon in huiskamer, op kantoor word je waarschijnlijk ontslagen of raar aangekeken. Ik hoop dat u het ook twerken gaat noemen.
Het nieuwe Twerken is namelijk gewoon een briljante uitvinding in de categorie Sony Walkman, Super Nintendo, het covid-vaccin, Ben & Jerry en Baby Yoda. Twerken is als gezonde kernenergie. Wie weet de wiskundige formule voor twee keer zoveel werk doen in de helft van de tijd?
Manangement twerkt mee
Het moderne management is ook overstag, een paar laatste Govert Goudglanzen daargelaten. Want ook die vinden het fijn. Niemand van het personeel kijkt fronsend mee als je een flesje Pouilly opentrekt (‘zij wel’) en je kunt ongegeneerd een paar oestertjes doen in plaats van iets lafs van de lokale bedrijfsterreinbakker (‘nou zeg, dit is geen echte truffel) of een Pavloviaanse vette bek uit de bedrijfskantine (Fred, Anja, het is woensdag, gehaktballen!…,een teken dat je leven voorbij is).
En het mooie is, iedereen kan twerken! Google maar: ‘Kan iedereen leren twerken?’. Dan lees je dit: ‘Twerken leren heeft niets met je lichaamsvormen, leeftijd of geslacht te maken. Vaak wordt er gedacht dat je gespierde of flinke billen nodig hebt om te kunnen twerken, daar is echter niets van waar.’ Ik bedoel maar. Werk-sweatpants/yogabroek aan, computer opstarten, kop koffie en Twerk it baby.