
Als student had ik een zaterdagbaantje in een kledingzaak in Rotterdam. Bij de kassa stond een mand heren t-shirts. ‘Hoe duur zijn die t-shirts?’, vroeg een vrouw die stond te wachten om af te rekenen. Mijn toenmalige collega zei, eigenlijk meer als grap: ‘Acht gulden per stuk en drie voor 25 gulden.’
De vrouw antwoordde gretig: ‘Doe er dan maar meteen drie.’
Hierbij vergat ze dat drie keer 8 gulden in totaal 24 maakt en geen 25. In haar haast een voordeeltje te hebben, betaalde ze dus te veel.
Het was de eerste marketingles van m’n leven.
Nederlanders zijn gefocust op prijs. De reiswereld heeft daar als geen ander mee te maken. Ook buiten het last minute-seizoen wordt vrijwel uitsluitend op prijs geadverteerd. Zelfs cruisevakanties lijken niet aan het prijsfenomeen te ontsnappen.
De grote vraag is hoe je een cruise voor een normale prijs verkoopt en voorkomt dat cruisevakanties, net als bulkreizen naar de Middellandse Zee, tegen afbraakprijzen worden weggegeven. Dat was kort gezegd de rode draad tijdens (borrel)discussie met enkele cruise-experts aan boord van de Koningsdam, tijdens de (te korte) cruise naar Amsterdam, aansluitend op de doop in Rotterdam.
Wanneer een afvaart niet vol komt, nemen rederijen vaak een directseller in de arm, die voor een paar honderd euro per persoon voor volle bedden zorgt. De consument is daarna verpest en zal nooit meer een hogere reissom willen betalen.
ANWB Ledenreizen heeft een eigen aanpak. De leden krijgen geen korting, maar krijgen extra’s naarmate ze langer lid zijn. Bent u 25 jaar lid? Dan krijgt u als extra een fles champagne op de kamer. Bent u net een jaar lid, dan krijgt u een fles Spa rood. Zoiets.
Of toch maar: één cruisevakantie voor 1.500 euro en drie voor 4.800?
theo.de.reus@travmagazine.nl